Ze klinken zo mooi en verlicht, die spirituele oneliners. Maar wat zeggen we eigenlijk? En is het waar? Susan Smit toetst, keurt, wikt en weegt.
Deze week keurt ze de woorden: ‘Houd van jezelf.’
‘Je kunt pas van een ander houden als je van jezelf houdt.’ Dat is zo’n hemeltergend cliché geworden dat je het met goed fatsoen niet meer kunt uitspreken. Van jezelf houden is het fundament onder alle zelfhulpboeken plus alle ‘how to’-gidsen over romantische liefde en relaties. En dat zijn een he-le hoop boeken.
In voor een gedachte-experiment? Daar gaan we. Welke ‘ik’ houdt van ‘mij’? Meestal betekent dat: mijn goede ik kan liefde opbrengen voor mijn zwakkere, feilbare ik. Ik heb mij lief, het ene beloert het andere. Het deel dat liefdevol is schenkt het vanuit een soort verdraagzaamheid aan het deel dat liefde nodig heeft omdat het imperfect is. En verdraagzaamheid, lieve mensen, dat is liefde bevangen door de ziekte van hooghartigheid.
Ontdek ook ‘Kristallen by Happinez’
-
Chakra’s in balans: zo gaat je levensenergie weer stromen
-
Handige kristallenindex: de betekenis van 67 kristallen
-
En nog veel meer
Het is juist de afstand die we zelf bedenken tussen dat wat we mooi vinden aan onszelf en dat wat we eigenlijk in onszelf afkeuren die echte, onvoorwaardelijke liefde in de weg zit. Want: beide zijn één. Je bestaat niet uit twee delen die elkaar kunnen liefhebben, maar je bent een eenheid. Je kunt niet het object zijn van je eigen liefde. Wel kun je liefde zijn. Je kunt voelen dat je eruit bestaat, dat het je vult en vanzelf uitstroomt naar alles waar je je aandacht maar op richt. Het heft het verschil op tussen wat jou wel en niet bevalt (en zelfs tussen de ik en de ander, maar dat is voor gevorderden). Enfin. Het is inclusief.
Het is dus eigenlijk precies andersom: je kunt niet pas echt van een ander houden als je van jezelf houdt, maar als je liefde bent. Als vanzelf en heel natuurlijk koester je met die alomvattende liefde dan ook het zwakke en feilbare in die ander. En alles minder dan dat, laten we eerlijk zijn, mag geen liefde heten.