Ik heb (ook) vrienden die ogenschijnlijk niet zoveel met de onderwerpen in Happinez hebben – stiekem kopen ze ‘m wel en heus niet alleen omdat ik er werk, vermoed ik, maar meestal laten ze een beetje in het midden hoe goed ze Happinez wel of niet gelezen hebben. ‘Goed nummer’, zeggen ze. Of ‘Mooie cover’. Maar afgelopen weekend, toen we opeens zwoele zomerdagen cadeau kregen en eindeloos in het gras konden liggen, was er één onderwerp uit het nieuwe nummer the talk of the day: het essay over spiritualiteit en donorschap.
‘Is ons lichaam een tempel en zo ja, mag iemand inbreken?’, mailde founding editor in chief Inez van Oord me, enkele dagen nadat de donorwet erdoor was. ‘Wat zijn de juiste vragen?’ mailde ik terug.
Zonder tegenbericht is iedereen vanaf de zomer van 2020 donor. Wat betekent dit? Inez schreef naar aanleiding van dit gegeven voor Happinez een essay, waarin ze verschillende perspectieven op donorschap onderzoekt en filosofeert over de vraag hoe heilig ons lichaam is. Dit complete essay biedt heel wat food for thought en je kunt het lezen in de Happinez die nu in de winkel ligt, of op Blendle. Voor mij zijn drie dingen helder(der):
Hét spirituele antwoord bestaat niet
Het zou geen verrassing mogen zijn, maar er is geen sluitend, onwrikbaar spiritueel antwoord op de vraag hoe om te gaan met donorschap. Het doet je bijna terugverlangen naar verzuilde tijden, waarin de man op de kansel voor de ganse gemeente besloot wat overduidelijk goed en ontegenzeggelijk fout was.
Bijna, want zélf op onderzoek gaan maakt dat wat je ook beslist, een beslissing van binnenuit is, in plaats van buitenaf opgelegd. Het is interessant en vormend om te lezen hoe er vanuit verschillende stromingen en levensfilosofieën over dit onderwerp wordt gedacht. Vervolgens is het aan onszelf, om te overdenken en aan te voelen wat resoneert als juist.
Spiritualiteit en donorschap is groter dan ‘ja’ of ‘nee’
Zoals Inez terecht schrijft in haar essay: in de tijd van de Boeddha of Jezus waren dit soort vragen er nog niet. Zouden ze een advies gegeven hebben? Over de Boeddha gaat een verhaal dat hij, als jongeman, een leeuw tegenkwam. Het dier was op sterven na dood van de honger. Volgens de verhalen ging het medeleven van de jonge Boeddha zo ver dat hij zijn ledematen had willen geven. Vermoedelijk een Ja, dus.
Wanneer je uitgezoomd naar de vraag kijkt of je donor wilt zijn of niet, is de vraag uiteindelijk veel groter dan ‘wil ik wel of niet mijn organen ter beschikking stellen’? De vraag is uiteindelijk: welke waarden zijn voor mij in dit leven het meest belangrijk? Naastenliefde, onbaatzuchtigheid, authenticiteit, zelfbeschikking?
We leren een leven lang
Wanneer zijn we eigenlijk dood? Wanneer verlaat de ziel ons lichaam? Zijn er verschillende soorten dood? Waar huist ons bewustzijn? Heeft een orgaan meer of minder invloed op de reis van onze ziel? Verhuist een stuk van onze ziel mee naar de ontvanger van onze organen?
De donorwet dwingt ons om nog een laagje af te pellen, nóg dieper in de geest en het hart af te reizen om te ontdekken wat jouw antwoorden zijn. We leren een leven lang, over wie we zijn en wat voor ons belangrijk is. Wat je ook beslist en hoe je dit onderwerp ook belicht, de keuze blijft een privé-aangelegenheid. Alleen jij gaat hierover. Inez schrijft: “Voor iedereen die het geloven wil, de ziel vindt zijn weg wel. Voor de ziel bestaat de dood niet. Voor ons wel, voor ons lichaam ook.”
Wat besluit jij? Laat het hier onder de Facebook-post weten!