Iedereen wordt geboren met een heel scala aan talenten, maar vaak gebruiken we daar maar een fractie van. Dat is jammer, want alleen wie leeft en handelt vanuit een combinatie van natuurlijke aanleg en persoonlijke passie, voelt zich echt in zijn element.
‘De meesten van ons weten niet goed wat hun talenten en passies zijn, onderkennen hun vermogens niet. Maar we kunnen veel meer dan we denken,’ zegt de Britse schrijver en adviseur Sir Ken Robinson in zijn boek ‘Het Element’. Het element, zegt Robinson, is ‘de plek waar de dingen die we graag doen en de dingen waar we goed in zijn, samenkomen. Als je in je element bent, voel je je authentiek, de tijd verstrijkt anders, je leeft intenser, geconcentreerder en levendiger. Je vindt aansluiting bij iets fundamenteels voor je gevoel van identiteit, doel en welzijn. Het geeft je een idee van zelfrelevantie, van wie je werkelijk bent en van wat je geacht wordt te doen met je leven. Veel mensen omschrijven de ontdekking van hun element daarom als een openbaring.’
Hoe je jouw element kunt ontdekken, daar zijn geen gouden regels voor. Ieder heeft daarin zijn eigen weg te gaan, maar er zijn wel een aantal stappen die je kunnen helpen bij je zoektocht.
1. Verruim je blikveld
Een meisje dat slechte cijfers haalde op school, opdrachten te laat inleverde en niet stil kon zitten, werd door haar ouders naar een psycholoog gestuurd. Had ze misschien een leerstoornis? De deskundige observeerde haar goed, maar in plaats van speciaal onderwijs, adviseerde hij de ouders om haar naar een dansopleiding te sturen. Het meisje was Gillian Lynne, die later wereldberoemd werd als balletdanseres en choreograaf. Haar verhaal laat zien dat we vaak maar een beperkt idee hebben over de reikwijdte van onze eigen capaciteiten. Vaak genoeg krijgen we het idee dat we niets bijzonders kunnen doordat we op school niet zo goed presteren. Gillian had geluk dat iemand zag dat ze daarom nog niet ongetalenteerd was.
Om ons element op te sporen moeten we onze kijk op bijvoorbeeld intelligentie en creativiteit radicaal veranderen, stelt Robinson. Want intelligentie is meer dan alleen logisch, verbaal en wiskundig kunnen denken. Een psycholoog van de Harvard Universiteit onderscheidt bijvoorbeeld linguïstische, muzikale, wiskundige, ruimtelijke, kinetische, interpersoonlijke en intrapersoonlijke intelligentie. Zo had Gillian Lynne beweging nodig om te kunnen denken. Toen ze mocht dansen, ging het op school opeens ook veel beter. De vraag die je jezelf stelt zou dus niet moeten zijn: ‘Hoe intelligent ben ik?’, maar: ‘Hoe ben ik intelligent?’.
Hetzelfde geldt voor creativiteit. Dat is niet alleen gegeven aan een selecte groep mensen – iederéen wordt geboren met een enorme aanleg voor creativiteit. Ook in wetenschap, techniek, het runnen van een huishouding, sport of relaties kun je creatief zijn. ‘Als je beseft dat ook jouw intelligentie en creativiteit uniek zijn, ben je een stap dichter bij het vinden van de persoon die je geacht werd te zijn,’ aldus Robinson.
2. Zoek dat waar je van houdt
Musici houden van het geluid dat ze maken, geboren schrijvers houden van woorden, dansers houden van bewegen, wiskundigen houden van cijfers, ondernemers sluiten graag deals en goede docenten geven graag les. Je weet dat je in je element bent als je plezier hebt. Dat wil niet zeggen dat er nooit problemen en frustraties zijn. Maar als je in je element werkt is er altijd op een gegeven moment een groot gevoel van voldoening.
Om dichterbij je element te komen en je creatieve energie te bevrijden, is het belangrijk dat je het juiste medium vindt dat je verbeelding stimuleert. Waar speel of werk je graag mee? Is het muziek? Dans? Zijn het woorden? Beelden? Planten? Mensen?
Bedenk ook waar je energie van krijgt. Activiteiten waarvan we houden, vullen ons met energie, ook al zijn we fysiek uitgeput. Dingen waar we niet van houden, kunnen ons in enkele minuten leegzuigen ook al begonnen we er in topconditie aan. Vooral mentale energie is geen vaste substantie. Hij neemt toe en af met onze passie en toewijding voor wat we op dat moment doen.
Stel jezelf de cruciale vraag: als ik het voor het kiezen had – als ik me geen zorgen hoefde te maken over een inkomen of over wat anderen van me denken – wat ben ik dan het meest geneigd te doen? Wat voor soort activiteiten doe ik meestal vrijwillig? Wat boeit mij het meest? Wat voor soort vragen stel ik? Wat voor opmerkingen maak ik? Waar gaan mijn ogen van stralen? Waarmee kan ik met gemak uren doorgaan?
3. Wanneer ben jij in ‘de zone’?
Als alles loopt zoals het moet, verandert je ervaring. Je raakt gefocust en geconcentreerd, je leeft in het moment. Als je contact hebt met je diepe interesses en natuurlijke energie, verlies je je in de ervaring en presteer je optimaal. Een staat van zijn die vaak ‘flow’ wordt genoemd en Robinson betiteld als ‘in de zone zijn’: ‘Je ademhaling verandert, je geest smelt samen met je lichaam en je voelt je moeiteloos opgezogen in het hart van het element. Dus ga eens na: wanneer waren de momenten dat jij je verloor in een ervaring? Dat de rest van de wereld verdween en uren voorbij gingen en voelden als minuten? Je kunt de zone op verschillende manieren vinden. Sommigen vinden hem door intense fysieke activiteit, het nemen van risico, of competitie. Anderen via schrijven, schilderen, meditatie of het maken van sommen.
‘In de zone boor je je meest natuurlijke zelf aan. En als je daar bent, kun je op veel hoger niveau iets bijdragen.’, zegt Robinson. ‘Als je contact hebt met je eigen energie, sta je namelijk ook meer open voor de energie van anderen. Wanneer je zelf geïnspireerd bent, kun je ook anderen inspireren.’
Hoe weet je dat je in de zone bent?
Je voelt je vrij en authentiek. Gecentreerd in jezelf. Je voelt dat je bent zoals je echt bent.
Tijd gaat sneller en loopt vloeiender. Je bent in harmonie met tijd.
Je komt in een soort meta-staat. Alsof je een bron aanboort die het makkelijker maakt om je doelen te bereiken.
Je krijgt het gevoel dat er ideeën door je heen vloeien, dat je als een soort doorgeefluik functioneert.
4. Vind je stam
Veel mensen voelen zich als kind ‘anders’ dan de rest. Om je element te kunnen vinden, is het van levensbelang om uit te vinden bij welke groep mensen je hoort. Dit noemt Sir Ken Robinson ‘je stam’: een groep mensen die de wereld ziet zoals jij, die zorgt dat je je op je natuurlijkst voelt, die je talent erkent, je inspireert, je beïnvloedt en het beste in je naar boven haalt.
Stamleden hoeven niet hetzelfde te zijn in alles. Ze kunnen elkaar ook beconcurreren, en van verschillende generaties zijn. Het kunnen tijdgenoten zijn, maar ook voorgangers. Wat je bindt is de gezamenlijke toewijding, de passie die je deelt.
Een stam heeft drie sterke krachten: bevestiging, inspiratie en ‘de alchemie van synergie’. Het contact met mensen met dezelfde passie bevestigt dat je niet alleen bent, dat er anderen zoals jij zijn, ondanks dat er ook velen zijn die je passie misschien niet begrijpen. Als je je stam vindt, kom je bovendien in de luxe positie dat je erover kunt praten, ideeën kunt uitwisselen, technieken kunt delen en vergelijken en je kunt verliezen in je voor- en afkeuren voor dezelfde dingen.
Leden van een enthousiaste gemeenschap zetten elkaar bovendien aan om het werkelijke bereik van hun talent te verkennen. Dat is de alchemie van synergie. Een gezelschap van mensen met vergelijkbare interesses kunnen iets veel groters creëren dan ieder van hen individueel.
Zoek dus naar gelijkgestemden. Ga bij een club, doe een cursus, ga naar een festival of zoek op internet. En als je diep van binnen voelt dat je nu eigenlijk bij de verkeerde stam zit, is dat een goede reden om eens ergens anders te kijken.
5. Overwin je obstakels
Angst is het meest voorkomende obstakel voor het vinden van je element. De angst om niet goed genoeg te zijn, te kort te schieten, voor armoede of het onbekende. Hoe vaak heeft angst je al weerhouden iets te doen wat je echt graag wilde? Robinson raad mensen die last hebben van dit soort angsten het klassieke zelfhulpboek van Susan Jeffers aan: ‘Niet durven, toch doen’.
Maar niet alleen je interne obstakels kunnen je weerhouden van het vinden van je element. Ouders, broers, zussen, partners en kinderen hebben soms uitgesproken ideeën over wat jij wel of niet moet doen met je leven. Veel mensen vinden hun element niet doordat ze niet de stimulans of het vertrouwen vinden van hun omgeving, stelt Robinson. Toch is het volgens hem een misvatting dat mensen die hun element hebben gevonden gewoon geluksvogels zijn waarbij alles meezat. Niet wat ons overkomt, bepaalt ons leven maar wat we er mee doen.
De ouders van Paulo Coelho lieten hem drie keer opnemen in een psychiatrische inrichting omdat hij graag schrijver wilde worden. Hij kreeg daar elektroshocktherapie omdat ze wilden dat hij advocaat werd. Hij bleef zich echter ondanks de obstakels focussen op zijn element.
Mensen in je omgeving die je tegenwerken in het naleven van je passie, denken meestal oprecht dat ze het voor jouw bestwil doen. Een baan als advocaat geeft immers meer financiële zekerheid dan een baan als schrijver. Maar iets is uiteindelijk niet voor je bestwil als je iemand moet zijn die je eigenlijk niet bent. Het besluit op veilig te spelen en de weg van de minste weerstand te kiezen kan onweerstaanbaar zijn, zeker bij twijfel, angst over de alternatieven en gevoeligheid voor de goedkeuring van anderen. Goedkeuring is voor ons zo belangrijk dat we liever geen risico nemen. Maar vraag jezelf af: is het belangrijker goedkeuring te krijgen van anderen, dan je beste zelf te worden?
6. Vind een mentor
De helpende hand van een mentor is van onschatbare waarde bij het vinden van je element, denkt Robinson. ‘Zonder goed geïnformeerde gids om onze interesses verder aan te wakkeren en ons te helpen een weg te banen, is de reis aanzienlijk zwaarder,’ schrijft hij. Veel mensen die met hun talenten werken hadden op het juiste moment een persoon in hun leven die hen geholpen heeft hun droom te verwezenlijken. Een mentor herkent de vonk van belangstelling of plezier in je en kan je adviezen geven of laten zien hoe hij het heeft aangepakt. Een goede mentor duwt je voorbij het punt waarvan jij denkt dat het je uiterste grens is. Hij zal je niet laten toegeven aan twijfel.
Als je geluk hebt, komt deze persoon vanzelf op je pad; iemand ziet iets in je wat je zelf niet ziet, of haalt het beste in je naar boven. Als jij het gevoel hebt zo’n mentor te missen, ga daar dan actief naar op zoek. Wie is een voorbeeld voor je? Kun je lessen volgen bij een voor jou inspirerend persoon? Is er iemand in je omgeving met wie je je dromen zou kunnen bespreken?
7. Denk nooit dat het te laat is
Veel mensen denken dat ze de kans om echt iets met hun talent of passie te doen hebben gemist, doordat het leven anders liep, ze altijd te weinig zelfvertrouwen hadden of dat ze een afslag gemist hebben en nu gewoon te oud zijn. Het is onzin om zo te denken, meent Ken Robinson. Mensen van in de dertig of veertig die zich gedragen alsof hun leven een saaie routine is geworden en het ‘niet meer realistisch’ vinden dat ze nog een draai aan hun leven kunnen geven, hebben volgens hem last van voortijdige berusting. De kansen om je element te ontdekken blijven zich je leven door voordoen. Agatha Christie schreef ’s werelds langstlopende toneelstuk toen ze tweeënzestig was, Vladimir Horowitz gaf zijn laatste reeks uitverkochte pianorecitals toen hij vierentachtig was.
Oké, sommige dingen zijn misschien niet meer haalbaar. Een hoofdrol in een balletvoorstelling als je tegen de zeventig loopt en nog geen danservaring hebt, is vrij onwaarschijnlijk. Maar als je hart sneller gaat kloppen van ballet, is er altijd een manier om met de vaardigheden en kwaliteiten die je hebt, toch iets in die wereld te kunnen bijdragen. Het element is dan ondanks fysieke beperkingen toch binnen bereik.
Tekst: Dagmar van der Neut