De wereld wordt zachter door jou. Heb je altijd alles over voor anderen? Lees dan deze brief.
Lieve openhartige,
Jij bent de vrouw in de kleedkamer die verzucht dat ze zich naar de sportschool heeft moet slépen. Je bent de man die zijn verdriet over zijn overleden hond zonder reserve deelt met een buurtgenoot. Je bent de gescheiden moeder die, als ze een andere moeder op de crèche met verstikte stem hoort zeggen ‘Ik zie je over drie dagen weer, papa haalt je op’, haar toevertrouwt dat ze er zelf ook mee geworsteld heeft en dat het beter wordt, echt.
Je bent er slecht in om afstand te houden tot anderen en je ziet er het nut ook niet van in. Voor je het weet verandert een kletspraatje in een persoonlijk gesprek en in je werk behoort zakelijk blijven niet tot je beste vaardigheden. Je wilt met iemand praten of je wilt het niet, maar het lang over het weer hebben lukt je gewoon niet.
Mensen zien jouw openhartigheid wel eens aan voor exhibitionisme of aandachttrekkerij. Ze kunnen het ongepast vinden dat je jezelf laat zien zoals je bent terwijl ze je niet zo lang en goed kennen. Verdriet delen ervaren ze soms als ‘vuile was buiten hangen’ en onverholen vreugde als aanstellerij. Sommige mensen voelen zich zelfs ongemakkelijk bij je openheid, misschien omdat ze uitgenodigd worden om ook iets echts te tonen. Jij, lief mens met het hart op de tong, zoekt wezenlijk contact en daar is niet iedereen van gediend. Dat heb je ongetwijfeld gemerkt.
Openhartigheid, zonder verdere bijbedoelingen, is niets meer dan mens zijn onder de mensen. Het woord zegt het al: je zet je hart open en deelt iets wat wezenlijk, kwetsbaar of troostrijk is. Het slecht barrières en toont dat we onder de oppervlakte allemaal maar wat aanmodderen.
Ik begrijp je maar al te goed, lieve openhartige. Als schrijver ben ik gewend om vanuit een diepe plek dingen te delen. Dat doe ik niet omdat ik denk dat mijn particuliere verhaal zo bijzonder is of ik zo speciaal ben, maar omdat ik weet dat we allemaal ten diepste met dezelfde dingen worstelen. Ik wil bijna onbehoorlijk eerlijk zijn, want ik weet dat alleen mijn hart het hart van de lezer kan bereiken. Als ik schrijf, graaf ik diep in mezelf en vervolgens nog dieper tot ik op een universele menselijke laag stuit. Geen van mijn kleinzielige gevoelens is anderen vreemd. Het liefste heb ik dat mijn lezers na het lezen van mijn stukje denken: nou, dan valt het met mij nog wel mee.
Wat ben ik blij dat jij er bent. Er zijn al genoeg mensen die zich alleen van hun sterke, montere en verstandige kant laten zien. Die glimmende, ondoordringbare buitenkanten botsen in het openbaar alleen maar tegen elkaar aan of houden een beleefde afstand. Door zonder terughoudendheid je onzekerheden, nieuw verworven inzichten, succesjes en misstappen te delen, wordt het gezelliger op schoolpleinen en werkborrels, in stadsparken en op verjaardagsfeesten. Je brengt een verdieping die waardevol is – en die helend kan zijn, als de ander zich herkent in een emotie die diep weggestopt was en die er eindelijk even mag zijn. Samen met jou, bondgenoot en passant in een.
Blijf vrijmoedig ontboezemingen doen, zo lang en waar je maar durft. Delen heft de eenzaamheid op. Delen verbreekt de schaamte. Delen verzoent anderen met hun eigen lastige emoties, verscherpt hun blik en verdubbelt de vreugde. De wereld wordt zachter door jou.
Met liefde en eerbied voor wie je bent,
Susan