Ik noem ze stiekem ‘het komt mij toe’-mensen, maar eigenlijk hebben we er allemaal soms een beetje last van; het idee dat de wereld je verschuldigd is wat je nodig hebt.
De energie van ‘het komt mij toe’ bemerk ik soms bij mensen met een jeugd waarin in alles werd voorzien. Elke kinderwens werd vervuld, elk puberverzoek ingewilligd, bij het studeren kochten pa en ma een appartement, een baantje werd via vrinden van de ouders geregeld en dit alles werd volstrekt normaal gevonden. De ‘het komt mij toe’-houding bespeur ik ook wel eens achter ‘The Secret’-achtige methoden: ‘doe een wens en het universum spant zich in om het te vervullen, want dat is jouw geboorterecht’. En soms betrap ik mezelf erop als ik vind dat ik ‘recht’ heb op de aandacht of hulp van een vriend of geliefde.
Harde waarheid
Harde waarheid: de wereld is jou niet verschuldigd wat je nodig hebt – geen succes, waardering of erkenning. Geen kansen. Geen free rides. Je hebt nergens recht op.
Vriendschap is niet alleen iets waard als de ander er voor je is als jij hem of haar nodig hebt en op de manier die jij wenst. Het is niet de taak van anderen om jou tevreden te houden. Niemand is verplicht om jouw problemen op te lossen, niemand hoeft naar je te luisteren en met je mee te voelen. Zelfs je geliefde hoeft niet altijd in je behoeften te voorzien – misschien heeft hij of zij zelf even een slechte dag of eigen problemen die alle aandacht opeisen.
Prinsjes en prinsesjes
Ergens in het leven kom je er vanzelf achter dat jouw behoeften niet leidend zijn. Zelfs de grootste prinsjes en prinsesjes met de allermooiste kruiwagens voelen op een bepaald moment een wind die niet mee, maar hinderlijk tegen waait. Soms gebeurt het op werkvlak en gaat de promotie naar iemand anders, soms in de liefde als ‘ik hou van jou’ niet (meer) resulteert in ‘jij houdt van mij’, soms op andere vlakken.
Verlossing
En dat is maar goed ook. Het is een verlossing van de levenshouding waarin je je dingen vanzelfsprekend toe-eigent. Waarin je voortdurend van je werk, vrienden, geliefden en het leven zelf vraagt om je ego te stutten. Het leert je om voor dingen te werken, met alles wat je in je hebt, terwijl je weet dat niets zeker is. Het vermogen om ‘nee’ te incasseren maakt je sterker. Je kunt altijd een beroep doen op anderen om hulp, maar het is aan hen om die wel of niet te geven. Jouw problemen en behoeften zijn van jou – en hun problemen en behoeften zijn van hen.
Zie af van elk ontfutselen, van elk ‘willen pakken’. Laat wat van de ander komt tot je komen, laat wat van de ander verdwijnt voorbij gaan. En wees dankbaar voor wat je ontvangt, wetend dat niets je toe komt, maar dat het je kennelijk gegund is, zolang als het duurt – dus je kunt er maar beter van genieten.
Meer lezen?
- De jongste thuis? Dan heb je vast deze eigenschappen meegekregen
- Zo vind je het kind in jezelf terug (en word je tegelijkertijd een zorgeloze ouder)
- Ik wil van mijn kind geen Prinses of Superheld maken, maar een individu