Verdriet staat nooit op iemands voorhoofd geschreven. Maar we kennen het allemaal, of zoals Femke van der Laan zegt: we slepen allemaal een ballon aan een touwtje met ons mee. En over die ballon mag best wat meer gepraat worden, vindt ze.
In oktober 2017 overleed Eberhard van der Laan, de man van Femke van der Laan en vader van haar kinderen. Voor die tijd had ze ook al verdriet gekend, maar dit was anders. ‘Het sloeg me uit het lood, zorgde ervoor dat ik niet naar bed wilde maar ook mijn bed niet uit wilde,’ vertelt ze in haar DWDD Summerschool, ‘Pleidooi voor verdriet’.
Eerdere keren probeerde ze het verdriet weg te stoppen met mantra’s als ‘gewoon doorgaan’ en ‘je vooral niet aanstellen’, zoals ze dat anderen ook vaak zag doen, en dat lukte redelijk. Dit keer ging dat niet. Het verdriet was te groot. Ze moest het wel voelen en delen. En dat was in zekere zin ‘mazzel’, vertelt ze: het leerde haar drie belangrijke dingen over verdriet en pijn.
1. Verdriet is het waard om te delen
‘Goed’, zei Femke als mensen haar vroegen hoe het ging, de eerste dagen na het overlijden van haar man. ‘Als je zegt dat het goed gaat, kunnen we weer over tot de orde van de dag. Als ik zeg, ik voel me verdrietig, dan moet de ander daar iets mee.’ Die ruimte innemen, wat langer met iemand blijven praten, dat was moeilijk.
Maar op een dag stond ze bij vrienden voor de deur en besefte ze plots: wij gaan nooit meer samen ergens aanbellen. ‘Vervolgens sta ik daar in een huiskamer met mijn jas nog aan ontzettend hard te huilen.’ Maar dat opende wel de deur naar een gesprek. Tussen de tranen door kon ze vertellen hoe erg ze haar man miste, hoe bang ze soms was dat het nooit meer overging. Het zorgde voor verbinding. ‘Je bent veel minder snel een last voor anderen dan je zelf denkt. En het delen van verdriet creëert ruimte voor de ander om zich kwetsbaar op te stellen.’
2. Je kunt leven met verdriet
Over verdriet bestaan allerlei ‘wijsheden’ en ‘regels’. Zo zou de ergste rouw na een jaar wel voorbij moeten zijn, zou het niet goed zijn om veel te huilen en zou je verdriet ‘een plek kunnen geven’. Zelf zag ze het verdriet als iets waar ze vanaf moest zien te komen, zo snel mogelijk. Maar het bleek niet weg te gaan. ‘Het ging met mij pas beter toen ik mijn verzet tegen mijn verdriet staakte. Toen ik het gewoon ging begroeten.’
Dus als ze met haar kinderen een vakantie naar Italië plant, waar ze vroeger ook al met zijn allen naartoe gingen, dan weet ze dat ze verdrietig zal zijn. ‘Maar dat weerhoudt me er niet van om voorpret te hebben. Om met de kinderen te bedenken hoeveel ijsjes we gaan eten, welke uitstapjes we gaan maken. Want ik kan het, leven én verdrietig zijn.’
3. Verdriet is waardevol
Als we konden kiezen om nooit meer verdriet te voelen, zouden we onszelf daar dan een dienst mee bewijzen? Verdriet heeft waarde, betoogt Femke. Die waarde zit ‘m er bijvoorbeeld in dat we, door verdriet te voelen, afscheid kunnen nemen als we dat helemaal niet willen. ‘Hoe erg zou het zijn als we geen verdriet kenden? Als we zonder te verblikken of verblozen doorgaan als we graag een kind willen maar het lukt niet? Als ik mijn man zou hebben begraven en daarna mijn schouders opgehaald? Nee, ik was verdrietig en ik had pijn, en zo kon ik uiting geven aan mijn afgescheiden zijn.’
De waarde zit ook in de verbinding die eruit voortkomt. Ook al leerde ze door de dood van haar man een dieper verdriet kennen dan ze ooit had gevoeld, ze weet ook dat ze op de periode daarna kan terugkijken als ‘een van de meest zuivere en meest verbonden periodes van mijn leven.’ En het heeft haar blik op anderen veranderd. ‘Ik vind niet meer zomaar iemand een chagrijn of een moeilijk mens. Er is vast een verhaal, er is vast een ballon. Vraag er eens naar.’
Beeld: fotografie door Jeroen van der Spek, styling door Cyn Ferdinandus
Femke terugkijken?
- De aflevering van DWDD Summerschool over verdriet kun je hier terugkijken.