In je eentje erop uit kan ontzettend spannend zijn. Want hoe moet je dat dan doen, als je de weg kwijt bent, je er echt niet uitkomt met die ober die geen Engels spreekt of als je je portemonnee verliest? Toch is het een ervaring die ik iedereen gun. Nee, het is niet áltijd leuk, maar zo’n soloreis kan je zelfvertrouwen vergroten en je bewustzijn een beetje oprekken.
Mijn relatie ging uit, ik verkocht een huis, hield daar geld aan over en bleef achter met de een droom die ik al jaren koesterde: een reis naar Japan. Het originele idee was om deze reis samen te ondernemen, maar opeens bedacht ik me: waarom ga ik niet alleen?
Verandering
Zo gezegd, zo gedaan. Ik ging voor het eerst naar een land dat buiten Europa lag, in mijn eentje. En dat was op zijn zachtst gezegd best spannend – en niet alleen omdat mijn hart nog aan het helen was van een stukgevallen toekomst. Ik kwam erachter dat in je eentje simpele, alledaagse keuzes maken moeilijker is dan ik van tevoren had gedacht. Er is niemand die tegen je zegt: hup, eruit, als je om elf uur nog moe en lusteloos van de jetlag in bed ligt. Niemand die je helpt om te kiezen tussen tien tempels die allemaal even bijzonder lijken, of die je helpt met kiezen als je weifelend en verloren in het gangpad van een vreemde supermarkt staat. Maar de moeilijke momenten waren snel vergeten – helemaal omdat het me lukte ze allemaal in mijn eentje te overwinnen (nouja, met uitzondering van een paar geruststellende telefoontjes uit Nederland, dan).
Sinds ik terug ben, is er iets in mij veranderd. Iets dat ik op reis heb opgedaan. En die verandering – die gun ik iedereen. Twijfel je nog steeds of je het wel aandurft? Laat je door deze punten overhalen, en boek dat ticket:
Je ervaart alles intenser
Als je niemand hebt om je te helpen als je op een treinstation staat waar geen enkel bordje dat je naar de uitgang wijst te vinden is in een taal die je kunt begrijpen, dan zal je toch echt zelf je weg moeten vinden. De intensiteit van de ervaring zorgt ervoor dat de vreemde geluiden, de muziekjes van de metro, de andere mensen en andere gebouwen komen veel heftiger bij je binnen. En ja, dat voelt in het begin een beetje alsof je net als Alice een donker konijnenhol binnen bent gevallen – maar ook met deze nieuwe wereld waar niets is zoals jij het gewend bent, kun je erachter komen dat jij nog steeds dezelfde bent.
Je maakt veel sneller contact met anderen
Als je met zijn tweeën reist, ben je vaak in gesprek met elkaar. Voor een vreemde is het daarom moeilijker om een gesprek aan te knopen. Als je alleen bent, ben je veel makkelijker te benaderen en zo raak je sneller in gesprekken verzeild, en zit je voor je het weet ’s middags bij een gepensioneerde Japanse vrouw de door haar zelfgemaakte groene thee te drinken terwijl je het hebt over haar kleinkinderen.
Je kunt alles zelf beslissen
Jij bepaalt alles. Hoe goed je het ook met je lief of met vrienden en familie kunt vinden, als je samen reist moet je altijd samen beslissen hoe laat je wakker wordt, wat je gaat eten, waar je naartoe gaat, of je naar een museum wil of naar het strand, of je gaat winkelen, in een park een boek gaat lezen of in een bar een drankje gaat drinken. Als je alleen bent is er niemand die jouw dag bepaalt behalve jijzelf – en dat kan enorm bevrijdend zijn.
Je oog valt veel sneller op kleine details
Als je alleen reist, heb je niemand om mee te kletsen als je door een drukke stad loopt. Niemand die naast je zit als je in de trein of in de bus zit, of als je de weg terug naar je hotelkamer zoekt. Dat betekent dat je je oog ook op iets anders kunt laten vallen. Die vrouw die in de zon op een bankje de krant leest, en die naar je glimlacht als je langsloopt. De twee schoolmeisjes die je giechelend volgen als je door het park loopt, of de man die met militaire precisie een half uur bezig is met het snoeien van een heel klein struikje in het park.